Skip to main content

Pierre Pincemaille, secretaris-generaal van het management DNCA Investments.

Eind jaren ’70 werd Louis Vuitton, een kmo met minder dan 100 werknemers en een omzet van ongeveer 70 miljoen frank (dus minder dan 11 miljoen euro!), in het tijdschrift Challenge als volgt omschreven door Pierre Berger, CEO van Saint Laurent: “Louis Vuitton is niet meer dan een winkel voor snobs waar Luchino Visconti en Louise de Vilmorin hun bagage kopen omdat ze dezelfde initialen hebben.”

Sindsdien is er veel veranderd: beursgang in 1984, fusie met Moët-Hennessy in 1987 en overname door Bernard Arnault in 1990. 34 jaar later is het bedrijf uitgegroeid tot de onbetwiste zwaargewicht op de wereldwijde luxemarkt met een omzet van 86 miljard euro.

Ondertussen heeft het Chinese cliënteel het Japanse ruimschoots verdrongen, een fenomeen dat in een stroomversnelling kwam met de covidpandemie en de 3 volgende jaren. In die mate dat de Chinese consumenten (binnenlandse en toeristische) op 35% geschat werden van de wereldmarkt voor luxe van het hoogste niveau. Gesterkt door deze toenemende vraag hebben luxespelers van de gelegenheid gebruik gemaakt om hun verkoopprijzen aanzienlijk op te trekken. Over de periode 2020/23 heeft het merk Dior het record met meer dan 60% (volgens de werken van Bernstein)!

Maar aan alle mooie verhalen komt een einde en het Chinese cliënteel, dat nauwelijks last had van de economische vertraging van het middenrijk die al 4 jaar heerste, capituleerde uiteindelijk in 2024. Dat leidde tot beursdalingen (Kering en Burberry), neerwaartse herzieningen van de groeiverwachtingen en een aanpassing van de multiples van de sector (PER van 24x 2025 tegenover een multiple van 30x tijdens de piek van 2023 volgens de consensus).

Sommige analisten gaan ervan uit dat de love affair tussen de Chinezen en ostentatieve consumptie ten einde loopt en dat het voor de andere consumenten meerdere jaren zal duren om de 3 jaar van post-covid-groei op steroïden te verteren. De directies van de beursgenoteerde groepen denken eerder aan een cyclische dip dan aan een structurele gedragsverandering, wellicht geholpen door de recente steunbeslissingen van de lokale overheden. De reactie van de markt op deze tegenstrijdige signalen bestond erin de waarderingspremie van de sector in te krimpen, die van een relatieve PER van 2,4x verandert naar 1,8x in vergelijking met de Europese markt.

Tussen de onzekerheid over het groeitraject van de industrie en de verlaging van de waarderingspremie, hoe moeten we ons positioneren ten aanzien van de sector om het einde van het jaar in te luiden? Bernard Arnault heeft misschien een eerste reactie gegeven door (via LVMH) 10 procent van de holding van de familie Ruffini te kopen, die onder meer een belang van 15,8 procent heeft in de beroemde donsfabrikant Moncler …

ELI

Author ELI

More posts by ELI